Opzegmogelijkheden voor de verhuurder  

De verhuurder kan de woninghuurovereenkomst vroegtijdig beëindigen omwille van drie redenen.

Opzegging omwille van eigen gebruik van het goed (art. 3, §2)  

Deze opzegmogelijkheid speelt wanneer de verhuurder voornemens is het goed persoonlijk en werkelijk te betrekken of het op dezelfde wijze te laten betrekken door zijn naaste familieleden.  

In dergelijke situatie dient het goed binnen een jaar na het verstrijken van de opzegging door de verhuurder worden betrokken én het goed moet gedurende ten minste twee jaar werkelijk en doorlopend betrokken blijven. Indien deze voorwaarden niet voldaan werden, heeft de huurder recht op een vergoeding die gelijk is aan achttien maanden huur.   

Opzegging voor de uitvoering van werken (art. 3, §3)  

Bij het verstrijken van de eerste en de tweede driejarige periode kan de verhuurder de huurovereenkomst beëindigen indien hij voornemens is het onroerend goed of een gedeelte ervan weder op te bouwen, te verbouwen of te renoveren.  

De werkzaamheden dienen te worden uitgevoerd met eerbiediging van de bestemming van het goed  en aan het door de huurder bewoonde gedeelte. Bovendien moeten de werken meer kosten dan drie jaar huur van het verhuurde goed ofwel, indien het gebouw waarin dit goed gelegen is uit verscheidene verhuurde woningen bestaat die aan dezelfde verhuurder toebehoren en die van de werkzaamheden ongerief hebben, meer kosten dan twee jaar huur voor al die woningen samen.  

De werken moeten worden aangevat binnen zes maanden en worden beëindigd binnen vierentwintig maanden na het verstrijken van de opzegging door de verhuurder. Indien deze termijnen niet gerespecteerd worden, heeft de huurder recht op een vergoeding die gelijk is aan achttien maanden huur. 

Opzegging zonder reden (art. 3, §4)  

Bij het verstrijken van de eerste en de tweede driejarige periode kan de verhuurder de huurovereenkomst beëindigen met inachtneming van een opzeggingstermijn van zes maanden, zonder motivering, maar met betaling van een vergoeding. Deze vergoeding is gelijk aan negen dan wel zes maanden huur naargelang de overeenkomst een einde neemt bij het verstrijken van de eerste of de tweede driejarige periode.