De overeenkomst dient de opdracht van de architect nauwkeurig te omschrijven.
Indien aan de architect een volledige opdracht wordt gegeven zijn de taken van de architect de volgende:
De bouwheer is niet verplicht om al deze taken toe te wijzen aan een architect. Dergelijke verplichting geldt enkel voor het opmaken van de plannen en voor de controle op de werken (art. 4, eerste lid Wet van 20 februari 1939). Er bestaat dus geen wettelijk vermoeden dat de architect werd belast met een volledige opdracht.
Echter, de architect mag de opdracht voor het opmaken van een uitvoeringsontwerp niet aanvaarden zonder tegelijkertijd belast te zijn met de controle op de uitvoering van de werken. Van dit beginsel kan enkel worden afgeweken wanneer de architect de verzekering heeft dat een andere architect, ingeschreven op een tableau of op een lijst van stagiairs, met de controle belast is. (art. 21, eerste en tweede lid Reglement van beroepsplichten).
Op deze website wordt meer in detail ingegaan op drie opdrachten van de architect: