Conform het KB van 25 januari 2001 betreffende de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen dient een veiligheidscoördinator-ontwerp aangesteld te worden tijdens de ontwerpfase en een veiligheidscoördinator-verwezenlijking tijdens de uitvoering van de werkzaamheden. De architect dient al het nodige te doen om de bouwheer, die op hem beroep doet, op voorhand in te lichten over deze wettelijke verplichtingen.
Bij bouwwerken met een oppervlakte kleiner dan 500 m² dient de aanstelling te gebeuren door de bouwdirectie (art. 4bis KB, art. 4decies KB). Indien de opdrachten van de bouwdirectie geheel of gedeeltelijk worden uitgevoerd door een architect, is de architect ertoe gehouden deze verplichting na te leven (art. 14 Welzijnswet).
Zolang de coördinator-ontwerp respectievelijk de coördinator-verwezenlijking niet is aangesteld, mogen de werken op de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen niet aangevat of verder gezet worden (art. 4ter, art. 4 undecies, art. 6 KB, art. 16, §2 KB).
Hieruit volgt dat de architect zijn opdracht als beëindigd dient te beschouwen, als de bouwheer weigert een veiligheidscoördinator aan te stellen.